020 530 0160

Rechtbank Noord-Holland: werknemer moet inkomsten uit auteursrechten betalen aan werkgever

Gepubliceerd op 18 februari 2021 categorieën ,

Eind vorig jaar oordeelde de rechtbank Noord-Holland dat een werknemer een bedrag van €191.332,67 moet betalen aan zijn werkgever SI Music. De werknemer had dit bedrag ontvangen uit de Regeling Oudedagsvoorziening Auteurs (ROA) van Buma/Stemra. De rechtbank oordeelde dat het onder de ROA ontvangen bedrag geen pensioen is, maar kwalificeert als exploitatie-inkomsten uit auteursrechten. Op grond van het werkgeversauteursrecht kan de werknemer geen aanspraak maken op de inkomsten uit auteursrechten.


Dienstverband

SI Music Studio BV is een in Hilversum gevestigde onderneming die zich bezighoudt met het commercieel produceren en exploiteren van muziek voor opdrachtgevers. Werknemer X trad in 2011 in dienst als sound engineer en sindsdien maakt hij muziekwerken in opdracht van SI Music. Deze muziekwerken worden vanaf de aanvang van het dienstverband onder de naam van X aangemeld bij Buma/Stemra. De reden daarvoor is dat Buma/Stemra alleen natuurlijke personen en geen rechtspersonen als deelnemer kent. In de arbeidsovereenkomst van X is opgenomen dat de vergoedingen van Buma/Stemra toekomen aan de werkgever.

Oudedagsvoorziening uit hoofde van de ROA

Over 2013 tot en met 2018 betaalde Buma/Stemra een bedrag van in totaal € 193.785,09 aan X uit hoofde van de ROA. SI Music sommeerde X dit bedrag aan haar over te maken, maar X weigerde dat. Daarop vordert SI Music betaling van het gehele bedrag plus een boete van € 257.000. X betwist deze vordering en meent dat de ROA als oudedagsvoorziening moet worden aangemerkt en niet als exploitatie-inkomst. Uit de arbeidsovereenkomst zou volgens hem dan ook niet blijken dat hij verplicht is het bedrag over te maken aan zijn werkgever.

Van de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst zijn met name de volgende bepalingen van belang:

Artikel 7.1 “Alle (intellectuele eigendoms-)rechten, van welke aard ook, die zijn ontstaan, bedacht, vervaardigd of anderszins tot stand zijn gekomen bij de uitvoering van de werkzaamheden door Werknemer onder deze overeenkomst, vallen op basis van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten exclusief en in onverdeelde eigendom van Werkgever. Werkgever is volledig en exclusief rechthebbende ten aanzien van deze rechten. Onder rechten van intellectuele eigendom wordt onder meer verstaan, maar is niet beperkt tot, alle wereldwijde auteursrechten.”

Artikel 7.6 “Werkgever zal de door Werknemer geproduceerde werken onder naam van Werkgever, SI Music Studio, aanmelden bij verschillende rechteninstanties, waaronder (buitenlandse) collectieve beheersorganisaties, zoals onder andere SENA en Buma/Stemra. De hieruit voortvloeiende inkomsten, uit alle relevante rechten, zullen aan SI Music Studio of (deels) indien van toepassing aan haar klanten toekomen. Werknemer zal hier in zijn hoedanigheid van uitvoerend kunstenaar en/of auteur op geen enkele wijze rechten of inkomsten aan kunnen ontlenen. Mocht het onverhoopt noodzakelijk zijn, dan zal Werknemer per onmiddellijke ingang en steeds op eerste verzoek van Werkgever, al zijn financiële aanspraken met betrekking tot de exploitatie van de door hem gecomponeerde, getekste, muziekwerken aan Werkgever cederen en meewerken aan alle formaliteiten die daarvoor nodig zijn, bijvoorbeeld door het ondertekenen van daartoe bestemde akten en/of overeenkomsten opdat Werkgever exclusief recht heeft op deze financiële aanspraken.”

ROA is geen pensioen

De rechtbank overweegt allereerst dat het onder de ROA ontvangen bedrag een betaling is die voortvloeit uit de inkomsten uit muziekauteursrechten en geen pensioen betreft. Dat het bedrag op grond van de ‘Overeenkomst oudedagsvoorziening’ uitsluitend en daadwerkelijk gebruikt dient te worden voor de oudedagsvoorziening van de auteur, doet daar volgens de rechter niet aan af.

Werkgeversauteurschap nadrukkelijk overeengekomen

Verder zijn Si Music en X uitdrukkelijk overeengekomen dat de werkgever rechthebbende is van de in dienstverband gecreëerde werken door werknemer. In artikel 7.1 van de arbeidsovereenkomst staat dat alle intellectuele eigendomsrechten die voortvloeien uit het dienstverband van de werknemer onder het exclusieve eigendom van SI Music vallen. Aanvullend bepaalt artikel 7.6 dat alle inkomsten en rechten die voortvloeien uit de door X geproduceerde werken toekomen aan SI Music. X kan daaraan dus geen rechten of inkomsten ontlenen.

Artikel 7 Auteurswet (Werkgeversauteursrecht)

Het uitgangspunt dat de werkgever van rechtswege als rechthebbende kwalificeert op werken gecreëerd in dienstverband, volgt ook uit artikel 7 Auteurswet. Hierin staat dat degene in wiens dienst werken van letterkunde, wetenschap of kunst zijn vervaardigd als de (fictieve) maker wordt aangemerkt. Partijen kunnen van dit wettelijke uitgangspunt afwijken. In dit geval is dat echter niet gebeurd. Integendeel, partijen zijn juist nadrukkelijk overeengekomen dat alle inkomsten en rechten die voortvloeien uit de door X geproduceerde werken toebehoren aan SI Music.

De rechter oordeelt dan ook dat uit de arbeidsovereenkomst duidelijk volgt dat X geen recht heeft op het door Buma/Stemra betaalde bedrag. X stelt zich terecht op het standpunt dat hij nog aanspraak heeft op een bonus. De daaruit volgende € 2.452,47 wordt in mindering gebracht op de € 193.785,09 waartoe X wordt veroordeeld. De opgelegde boete wordt bovenmatig geacht en daarom gematigd tot een bedrag van € 5.000.

Deel:

auteur

Sara van Lieshout

publicaties

Gerelateerde artikelen