020 530 0160

Lynchpartij op internet

Gepubliceerd op 25 april 2007 categorieën ,

Het dagblad Spits bericht vanmorgen op de voorpagina over de verwensingen aan het adres van de verdachte van de moord op de 16-jarige scholier uit Heerhugowaard. Een virtuele lynchpartij noemt Spits het. In veel gevallen kan de uitingen over de grens van wat juridisch nog geoorloofd is. Hoe moet je daar dan op reageren? Spits citeert mij over die vraag.


“Volgens de in vrijheid van meningsuiting gespecialiseerde advocaat Christiaan Alberdingk Thijm staan ‘slachtoffers’ van virtuele lynchpartijen vrijwel machteloos tegen dit verschijnsel. “Er bestaat in Nederland geen wet die zegt dat je namen en foto’s van verdachten niet mag publiceren. De traditionele media doen dit zelden, maar op internet zie je wel dat in de meeste publicaties naam en toenaam van verdachten worden genoemd.”

Verder is het
lastig om tegen bedreigingen via internet op te treden, zegt Alberdingk Thijm. “Op verscheidene sites gaan de reacties vaak over de grens. Maar het is ondoenlijk om alle websites en fora in de gaten te houden. Zelfregulering, daar begint het mee. Dat wil zeggen dat de beheerders van websites zelf in de gaten moeten houden of mensen te ver gaan met hun commentaar of niet.”

Alberdingk Thijm zegt verder dat hij slachtoffers niet snel het advies zou geven om een rechtszaak te starten tegen websites. Het is volgens hem een vorm van dweilen met de kraan open: “Internet werkt als een archief. Een site kan een bepaalde publicatie op last van de rechter wel verwijderen. Maar als je dan op
Google gaat kijken, kom je dezelfde informatie vaak op vele andere sites ook weer tegen.”


Lees hier het bericht.

Bron: Spits
Deze blog is automatisch geïmporteerd uit een oudere versie van deze website. Daarom is de lay-out mogelijk niet perfect.
Deel:

auteur

Christiaan Alberdingk Thijm

publicaties

Gerelateerde artikelen