De Hoge Raad buigt zich op dit moment over een uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van eind juni in een zaak van de Tilburgse postzegelhandelaar en advocaat Augustinus Pessers tegen internetprovider Lycos. Kern van de uitspraak is dat providers ook bij een (redelijk) vermoeden van een onrechtmatige gedraging de naw-gegevens van een klant kunnen overdragen aan derden. In het verleden waren providers daartoe alleen verplicht als er sprake was van een onmiskenbaar strafbaar feit. In andere gevallen zorgden justitie of de rechter voor uitsluitsel. Christiaan Alberdingk Thijm van SOLV stelt dat het arrest van het Hof ertoe leidt dat internetaanbieders ‘lichtvaardiger om zullen gaan met het verstrekken van persoonsgegevens aan derden’. De kritiek van veel providers is dat zij door dit arrest gedwongen worden om plaats te nemen op de stoel van de rechter. “Wij hebben niet de kennis om in alle gevallen te oordelen of iets onrechtmatig is of niet”, stelt John van Vroenhoven van Lycos. Vanwege de principiële aard van de zaak is Lycos dan ook in cassatie gegaan. Pessers ontbrak hiertoe de middelen, maar hij heeft een medestander gevonden in de Stichting BREIN, die te hulp schiet door het inschakelen en financieren van de gespecialiseerde advocaten Antoon Quaedvlieg en Dirk Visser.
Lees hier het hele bericht.
