Woensdag 8 mei was in EYE de 10e Themadag Cybercrime, georganiseerd door het Kenniscentrum Cybercrime. Waar in de jaren negentig de wetgeving er was maar de boeven nog niet, is er nu een gebrek aan echte cybercrime zaken, de zaken waarbij het internet en de technologie centraal staat. Daar vallen de vele bedreiging. belediging, marktplaatsoplichtingszaken en kinderpornozaken buiten. Hoewel het beter wordt, is er nog steeds sprake van gebrekkig inzicht in de technische finesses in zaken, zowel bij de advocatuur als de rechterlijke macht. Inmiddels leid ik rond de 100 master studenten per jaar op, maar kom (vrijwel) nooit iemand tegen die belangstelling in de rechterlijke macht heeft. Dat is zonde, want juist zij zouden een belangrijke bijdrage kunnen leveren.
Ronald Prins was een van de sprekers, en als voorbeeld van “schutterende” advocaten en rechters haalde hij onder andere de 2018 Coinvault-zaak aan. Een andere zaak was de bekende Henk Krol zaak, die een datalek van een ziekenhuis aan de kaak wilde stellen. Het was amper een lek, “enkel” knullige verstrekking van inloggegevens en toevallige social engineering (iemand stond er bij toen een eenvoudig naam/wachtwoord aan een ander werd uitgereikt).
Hoewel ik wist dat hij naar zijn ex had gezocht, vertelde Ronald die deze zitting bijwoonde, dat de 5 ofzo mensen die Krol opzocht allemaal exen waren. Als rechtvaardiging zei Krol dat hij die namen kende en er daarom op gezocht had. Dat is wel een ongelooflijk zwakke rechtvaardiging en volstrekt ongeloofwaardig.
Heel intrigerend was de opmerking van Christiaan Baardman (die het Kenniscentrum leidt) na mijn lezing die ik met Anne de Hingh verzorgd had. De Vinderr-zaak was voorbijgekomen en het gebruik van internethistorie als bewijs om moord in plaats van doodslag aan te nemen. Hij vertelde dat een zoon de dood van zijn vader toeschreef aan een dame die zijn vader ontmoet zou hebben via een dating website. Nu bleek de dating website waar de zoon naar verwees Vinderr en zoals bekend is het hele business model met nepprofielen er op gericht dat er juist nooit een ontmoeting plaatsvindt. De zoon werd alsnog veroordeeld voor de moord. Zo blijkt dat ook de slechtste plekken van het internet, soms ook nog een nuttige bijdrage kunnen leveren.