020 530 0160

Nederland voert achterhoede-gevecht over thuiskopieheffing

Gepubliceerd op 18 november 2009 categorieën ,

Interview met 3voor12 over de toekomst van het auteursrecht, de thuiskopievergoeding en het rapport van de werkgroep Gerkens.

Auteursrecht is een heet onderwerp, dat door de ontwikkelingen op internet onverminderd actueel blijft. Niet voor niets buigt de Nederlandse overheid zich erover middels een speciale werkgroep die het kabinet moet adviseren. De eerste resultaten van die werkgroep werden onlangs zichtbaar: het kabinet gaat de thuiskopieheffing afschaffen en wil op termijn een downloadverbod. Een interessante ontwikkeling, maar volgens internetadvocaat Christiaan Alberdingk Thijm niet heel relevant voor de discussie: “Nederland voert een achterhoedegevecht met haar afschaffing van de thuiskopieheffing. Ze is zeker geen gidsland in deze discussie, die alleen op Europees niveau opgelost kan worden.”

Die discussie splitst de deelnemers grofweg in twee kampen. In het eerste kamp vinden we Nederland op dit moment, dat koerst zet richting het zogenaamde verbodsrecht. Het mag duidelijk zijn: Alberdingk Thijm is een adept van de tweede richting, die van het zogenaamde vergoedingsrecht en het daarmee verbonden collectieve beheer. Als deskundige sprak hij onlangs de werkgroep auteursrecht toe. “Bij vergoedingsrecht kan een auteur niet verbieden, maar wel incasseren via de organisatie die namens alle auteurs een vergoeding voor gebruik vraagt. De radio is een sprekend voorbeeld. Een muzikant kan het draaien van zijn muziek niet tegenhouden. Het radiostation is op haar beurt verplicht te betalen voor het ten gehore brengen van muziek.”

Albderdingk Thijm maakte naam met zijn succesvolle verdediging van bestandenuitwisseldienst KaZaA tegen de aanvallen uit de muziekindustrie. “KaZaA wilde een legale dienst worden. We zijn nog bij Buma/Stemra langs geweest, die hadden wel oor naar een mogelijk betalingsmodel. Het waren de platenmaatschappijen die de deur dicht smeten.” Een gemiste kans, stelt de advocaat nu: “Had de industrie toen gehandeld, dan had de wereld van online muziekverkoop er nu heel anders uit kunnen zien.” 

Gemiste kans
KaZaA werd eind 2003 in het gelijk gesteld door de hoge raad, maar verdween wel van het toneel. De muziekindustrie zette groots in op de invoering van beveiligings- en traceertechniek Digital Rights Management. Alberdingk Thijm: “De industrie dacht met gebruik van technologie terug te kunnen naar een verbod en een gecontroleerde toestemming tegen betaling. Ze had hoge verwachtingen van DRM. Die verwachtingen waren duidelijk te hoog, want de techniek was verre van waterdicht.” Ook heeft het publiek invloed gehad op het mislukken van de introductie, aldus Alberdingk Thijm: “De protesten en bezwaren van de consument hebben ze niet zien aankomen en duidelijk onderschat.” Dat publiek vond bovendien onderdak bij een nieuwe speler. Met de komst van de iTunes Store wist Apple de online markt voor muzieverkopen binnen een paar jaar naar zich toe te trekken.

De advocaat onderstreept het verbodsprincipe dat de basis van het auteursrecht vormt. “Het is een goed uitgangspunt. Voor boeken werkte het prima toen de drukpers het in opkomst was. Het was helder wie de auteur was en drukpersen waren dure – geregistreerde – machines. De controle op vermenigvuldiging en de afrekening van vergoeding voor auteursrechten waren betrekkelijk overzichtelijk. Maar met de komst van complexe werken – of het nu is omdat velen er auteursrechtelijke claims op hebben, of omdat de manieren van exploitatie legio zijn – bleek het niet meer uitvoerbaar. Toen is het idee van collectief beheer ontstaan. Dat was voor zowel auteur als gebruikers een uitkomst, omdat ze niet met iedere auteur apart moest afrekenen, maar slechts naar één loket hoefde.”

En juist daarom is hij wel blij met de werkgroep auteursrecht en Gerkens’ inspanningen om het auteursrecht toekomstbestendig te maken. “Door de komst van internet zijn de grenzen verdwenen. En dus moet je als ‘zender’ niet bij die ene organisatie in jouw land afrekenen, maar in elk land opnieuw. In Europa zijn dat minimaal 27 landloketten. Dan hebben we het nog maar even niet over de onderverdeling van verschillende soorten auteursrechten die komen kijken bij complexe producten als muziek en film, die in elk land weer door aparte organisaties beheerd worden. Als we het over één ding eens zijn, is het dat: we moeten naar een one stop shop voor het afrekenen van auteursrechten.” 

Door echter ook te kiezen voor een verbod op downloaden, kiest Nederland tegelijkertijd voor loslaten van die organisaties, stelt hij: “Dat is het uiteindelijke gevolg. Als je inzet op een verbod en afschaffen van heffingen, kies je dus principieel voor het afschaffen van het collectieve beheer en het vergoedingsrecht dat daaraan is gekoppeld.”

Alberdingk Thijm is ook niet onder de indruk van Philips’ pleidooi voor afschaffing van de thuiskopieheffing. Ze claimt dat het de innovatie in Europa zou remmen “Ik snap de klacht wel. Maar vraag je af waarom er niet meer is dan er is? We hebben de Apple iTunes Store als sprekend voorbeeld, maar veel meer is er niet. Diensten die elders groeien, komen in Europa niet van de grond. Dat komt niet specifiek door de thuiskopieheffing, maar door het feit dat je met teveel partijen afspraken moet maken. Laten we dat probleem dan ook oplossen.” Daarnaast onderstreept Alberdingk Thijm dat Philips nog een ander belang heeft: “Vergeet niet dat Philips al haar ballen op de ontwikkeling van DRM had gezet en daarmee partner was van de predikers voor een verbodsrecht.”

Dat zijn oplossing alleen op Europees niveau tot stand kan komen, spreekt voor zich. De kans dat dat ook gaat gebeuren, acht hij aanwezig: “Ik zie de EU enigszins bewegen richting algemene afspraken over vergoedingen.” Tegelijkertijd maakt hij zich zorgen over de ontwikkeling in Frankrijk. Daar is onlangs een wet aangenomen die afsluiten van internet mogelijk maakt zonder toetsting van een rechter. “Dat is echt een rampzalige beslissing. Internet is een levensbehoefte, naast gas, water en licht. Dat klinkt misschien ridicuul, maar ga maar eens na: je belastingaangifte, je bankzaken, steeds meer kan en moet zelfs via internet. Dat kun je niet zomaar afsluiten.” 

Consument of partij?
Ondanks die onzekere ontwikkelingen, gelooft Alberdingk Thijm niet dat een verbod-systeem het zal redden: “Uiteindelijk zullen mensen het niet accepteren als ze worden uitgesloten van handzame diensten. De grote vraag is hoe je de consument moet benaderen? Door het internet zijn ze partij geworden in de collectie van gelden voor auteursrechten. Kijk naar wat Buma/Stemra nu doet met bloggers. Het is juridisch misschien nog wel verdedigbaar, maar voor het publiek onnavolgbaar en pr-technisch een nachtmerrie. Vroeger tekende je kind een Nijntje en hing je het met een magneetje op de koelkast. Onlangs maakte mijn neefje een geweldig filmpje waarin ze zelf kleipoppetjes animeerde. Dat heeft ze vervolgens op Youtube gezet. Ze had er ook een leuk muziekje onder gezet. Ik vind dat van eenzelfde orde als die tekening op de koelkast, in een nieuwe tijd. Maar de rechthebbenden van de muziek vonden van niet. Binnen twee weken was het weer verwijderd.”

Je kunt er ook voor kiezen om ze erbuiten te laten vallen. Een logische keuze, vindt hij: “Als je het publiek als partij ziet, dan is ze nog steeds geen partij van betekenis in het spel dat er gespeeld wordt. Om Apple nog maar eens aan te halen, dat bedrijf kan wat jij en ik niet kunnen: om tafel zitten met de rechthebbenden en als partij van formaat afspraken maken. Dat is niet weggelegd voor ons. Dat moet je ook niet willen.”

Nieuwe speler, eerlijker spel
Overigens ziet hij ook een positieve ontwikkeling in de nieuwe machtige speler in het spel rondom de verdeling van gelden richting artiesten. “Bij muziek had je tot voor kort een rare situatie: de partij die namens artiesten rechten controleert en exploiteert – de platenmaatschappij – was ook de partij die een ander belang had: cd’s verkopen. Dat is waarom de muziekindustrie heeft geprobeerd het ontstaan van een nieuwe markt tegen te houden: het tastte hun eigen afzetmarkt aan. Nu heeft niet meer de platenmaatschappij de touwtjes in handen als het gaat om geld verdienen aan de hardware rondom muziek (een cd), maar partijen als Apple, die via muziek hun iPods verkopen. Maar Apple bezit weer geen auteursrechten. Dat maakt het spel een stuk zuiverder en is uiteindelijk beter voor de positie van auteurs denk ik.” En dat is dan meteen het tweede punt waar iedereen het over eens is; daar zou het bij auteursrecht toch om moeten gaan.

Lees hier het hele interview.

Bron: 3voor12
Deze blog is automatisch geïmporteerd uit een oudere versie van deze website. Daarom is de lay-out mogelijk niet perfect.
Deel:

auteur

Christiaan Alberdingk Thijm

publicaties

Gerelateerde artikelen