020 530 0160

cold calling gekilled?

Gepubliceerd op 9 oktober 2018 categorieën ,
Staatssecretaris Mona Keijzer (Economische Zaken) wil ongevraagde telefonische verkoop verder aan banden leggen. Deze maatregel is de uitkomst van gesprekken die het ministerie met de branche heeft gevoerd. De gesprekken zijn gestart naar aanleiding van een onderzoek waaruit bleek dat ongeveer de helft van de consumenten zich ergert aan telefonische aanbiedingen.  
Het huidige systeem voor ‘cold calling’ is gebaseerd op opt-out (artikel 11.7 Telecommunicatiewet). Consumenten kunnen zich inschrijven in het zogenaamde Bel-me-niet register. In dit register kan de consument er voor kiezen om door bepaalde type bedrijven niet meer benaderd te worden (o.a. goede doelen en telecom bedrijven). Organisaties die een consument willen bellen, dienen eerst het Bel-me-niet register te raadplegen. Staat het nummer daar in, dan is bellen niet toegestaan. 
Op deze hoofdregel bestaat een uitzondering. Als het telefoonnummer is verkregen in het kader van de verkoop van een product of dienst of in het kader van schenking aan, kort gezegd, goede doelen, dan mag de consument toch worden gebeld. Het belletje moet dan wel betrekking hebben op gelijksoortige producten en diensten van de organisatie. Een soortgelijke uitzondering bestaat voor het toezenden van elektronische berichten waaronder e-mails. Het idee achter deze uitzondering is dat mensen het niet erg vinden om benaderd te worden door organisaties die ze kennen en waar ze klant zijn. Uit het onderzoek blijkt echter dat consumenten het verwarrend vinden dat ze staan ingeschreven in het Bel-me-niet register maar toch worden gebeld door organisaties omdat ze daar ooit wat hebben gekocht. 
Vervolgens dient de gebelde consument in elk gesprek geïnformeerd te worden over i) de mogelijkheid om zich in te schijven in het Bel-me-niet register en ii) de mogelijkheid om verzet aan te tekenen. Daar waar inschrijving in het Bel-me-niet register er toe leidt dat de consument door een bepaalde groep organisaties niet meer gebeld mag worden, heeft het recht op verzet betrekking op de specifieke organisatie die belt. De consument kan zo ook bij specifieke organisaties aangeven dat hij/zij niet meer gebeld wil worden. 
De Staatssecretaris wil van het bovenstaande opt-out regime naar een opt-in regime. Het bellen van consumenten is dan niet toegestaan tenzij de consument vooraf toestemming heeft gegeven om gebeld te worden. Het regime wordt zo gelijk getrokken met het regime voor het versturen van e-mails. 
De Staatssecretaris meldt verder tegen de NOS dat niemand een uitzonderingspositie krijgt, ook goededoelenorganisaties niet. De Staatssecretaris wil hiermee niet, zoals volgt uit haar voorstel, de uitzondering schrappen die het mogelijk maakt om consumenten te bellen met wie een klantrelatie bestaat. Wel geeft de Staatssecretaris aan dat ze overweegt om een termijn te stellen waarbinnen contact opgenomen mag worden met (voormalige) klanten. 
Naast cold calling geeft de Staatssecretaris aan ook op de volgende gebieden actie te willen ondernemen:
Online marktplaatsen: De eerste stap is om met Nederlandse online marktplaatsen te komen tot manieren om consumenten op doeltreffende wijze van de juiste informatie te voorzien, bijvoorbeeld met pilots. Hierbij is belangrijk hoe informatie en voorwaarden gepresenteerd worden en dat consumenten weten bij wie ze terecht kunnen in geval van problemen
Internet of Things: een akkoord bereiken rondom beveiligingsupdates
Recht hebben en recht halen: samen met organisaties die actief zijn op het terrein van consumentenbeleid een bewustwordingscampagne starten: recht hebben, recht halen. Doel is om zowel consumenten als bedrijven bewuster te maken van het bestaan van consumentenregels en de toepassing in de praktijk
Lees hier het voorstel dat op 8 oktober aan de Tweede Kamer is gestuurd. 
Bron: overheid.nl
Deze blog is automatisch geïmporteerd uit een oudere versie van deze website. Daarom is de lay-out mogelijk niet perfect.
Deel:

auteur

Thomas

publicaties

Gerelateerde artikelen