020 530 0160

Uitleg kwijtingsbepaling in vaststelling

Gepubliceerd op 23 oktober 2009 categorieën ,

Stel, je hebt een geschil omtrent het niet voortzetten van een overeenkomst, en je legt één en ander vast in een vaststellingsovereenkomst. De tekst die daarbij wordt overeengekomen bevat een kwijtingsbepaling van ongeveer de volgende strekking:

“x verleent hierbij finale kwijting aan [y] terzake van al hetgeen zij met betrekking tot de overeenkomst, de beëindiging daarvan en het Geschil te vorderen zouden hebben, zonder enige uitzondering en om het even op welke rechtsgrond gebaseerd.”

Ziet nu de kwijting alleen op het geschil omtrent wel/niet voortzetten van de overeenkomst, of ook op eerdere (opgeschorte) betalingen uit de overeenkomst? De rechtbank Amsterdam heeft hierover recent een vonnis gewezen. 

Allereerst komt de rechtbank met de Haviltex-formule: “Voor het antwoord op de vraag hoe in een schriftelijk contract de verhouding tussen partijen is geregeld komt het aan op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over een weer redelijkerwijs aan de bepalingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien van elkaar mochten verwachten, waarbij van belang kan zijn tot welke maatschappelijke kringen partijen behoren en welke rechtskennis van zodanige partijen kan worden verwacht. Bovendien zijn telkens van beslissende betekenis alle concrete omstandigheden van het geval, gewaardeerd naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid.

In dat kader acht de rechtbank het volgende van belang: beide partijen zijn professionele spelers in het veld en werden bijgestaan door vakkundige rechtsbijstandverleners. Verder is volgens de rechtbank van belang dat sprake is van een vaststellings-overeenkomst, die naar zijn aard bedoeld is om een einde te maken aan een geschil tussen partijen en eenduidig de rechtsverhouding van partijen tot elkaar te regelen. In zoverre ligt het in de rede om veel betekenis toe te kennen aan de letterlijke tekst van de kwijtingsbepaling in de vaststellingsovereenkomst.

De rechtbank stelt vast dat de kwijtingsbepaling ruim is geformuleerd. Toch komt de rechtbank aan de hand van het geschil en de totstandkomingsgeschiedenis (kortom: de Haviltex-formule) tot de conclusie dat de kwijting níet ziet op eerdere opgeschorte termijnbetalingen. Ik moet eerlijk zeggen dat er ook veel voor valt te zeggen om het oordeel precies andersom te vellen. Eerlijk is eerlijk, daarbij vaar ik in mijn oordeel wel veel op de letterlijke tekst van de kwijting, maar de rechtbank stelt zelf ook vast dat, zeker in een vaststelling, het in de rede ligt veel betekenis aan de letterlijke tekst toe te kennen. Ik heb zo’n voorgevoel dat in deze zaak nog wel eens een beroep zal worden aangetekend. Ik houd u op de hoogte.

Lees hier de uitspraak.

 

Bron: rechtspraak.nl
Deze blog is automatisch geïmporteerd uit een oudere versie van deze website. Daarom is de lay-out mogelijk niet perfect.
Deel:

auteur

Menno Weij

publicaties

Gerelateerde artikelen