De Amerikaanse Hoge Raad (Supreme Court) heeft in zijn vonnis van maandag jl. beslist dat het Amerikaans octrooirecht niet van toepassing is op exemplaren van Microsoft’s Windows operating system die naar het buitenland geëxporteerd worden. Deze uitspraak staat haaks op de eerdere uitspraak van een lagere rechter, die, in de nasleep van een succesvolle octrooi-inbreukprocedure door AT&T tegen Microsoft oordeelde dat overzeese verkopen ook meetelden voor de door Microsoft te betalen schadevergoeding.
Justice Ruth Bader Ginsburg schreef in het op meerderheid gewezen vonnis dat het buitenlands recht en niet het Amerikaanse recht de productie en verkoop van componenten van octrooirechtelijk beschermde uitvindingen in het buitenland beheerst. “Als AT&T het kopiëren in het buitenland will tegengaan, dan ligt de oplossing in het verkrijgen en handhaven van octrooirechten in het buitenland.”
AT&T voerde aan dat het geen verschil maakt of Microsoft één master disk exporteert waarmee later kopieén op buitenlandse computers kunnen worden gemaakt, of 100.000 kopieën van Windows op aparte gegevensdragers exporteert: het resultaat levert inbreuk op.
De Supreme Court ging hier echter niet in mee en heeft de zaak naar een lagere rechter terugverwezen.
Lees hier het hele bericht.