Het Europese Hof van Justitie heeft uitspraak gedaan over het Europees Agentschap voor netwerk en informatiebeveiliging (European Network and Information Security Agency, ENISA) nadat het Verenigd Koninkrijk en Noord-Ierland om nietigverklaring van Verordening (EG) No 460/2004 (Verordening) hadden verzocht. Volgens het Verenigd Koninkrijk was de Verordening niet volgens de juiste Europese regelgeving vastgesteld. Het Hof oordeelt echter dat de Verordening in overeenstemming met de interne marktbepaling van artikel 95 van het EG-Verdrag is vastgesteld. Artikel 1 van de Verordening is het oprichtingsartikel voor ENISA. ENISA heeft volgens artikel 2 van de verordening tot taak ‘de goede werking van de interne markt te waarborgen, (…) de Commissie en de lidstaten (te assisteren), en (…) derhalve samen (te werken) met het bedrijfsleven, om hen te helpen voldoen aan de vereisten inzake netwerk- en informatiebeveiliging, met inbegrip van de eisen van de huidige en toekomstige communautaire wetgeving, zoals vermeld in richtlijn 2002/21/EG.’Artikel 95 EG-verdrag voorziet in de mogelijkheid om met gekwalificeerde meerderheid door de Raad EU-wijde regulering aan te nemen die de gemeenschappelijke markt ten goede komt.
Volgens het Verenigd Koninkrijk en Noord-Ierland had de ENISA alleen opgericht mogen worden volgens de procedure van artikel 308 EG-Verdrag. Die procedure vereist overleg met het Europees Parlement en aanname door de Raad met unanieme stemmen. De uitspraak van het Europese Hof van Justitie bevestigt dat de communautaire instellingen die bijdragen tot het goed functioneren van de interne markt op basis van artikel 95 EG-Verdrag kunnen worden ingesteld, zelfs indien hun bevoegdheden hoofdzakelijk niet regelgevend van aard zijn. Bovendien overweegt het Hof dat regels voor de interne markt niet noodzakelijkerwijs tot de lidstaten gericht dienen te zijn. Het Hof benadrukt in het bijzonder het nauwe verband tussen het werk van ENISA en het regelgevende kader van de EU voor elektronische communicatie, die als doelstelling de interne markt op het gebied van telecommunicatiediensten heeft.
Lees hier de hele uitspraak.