Ondertussen in Den Haag – Online gokken en publicatieplicht CBP
Vorige week kwamen er op TMC-gebied geen antwoorden op eerder gestelde Kamervragen; wel is er een tweetal interessante nieuwe Kamervragen gesteld.
Groeiende interesse in vergunning voor internetgokken in Nederland
Ten eerste stelden de Leden Van Wijngaarden en Harbers (beiden VVD) vragen aan de Staatssecretarissen van Veiligheid en Justitie en Financiën over de groeiende interesse voor vergunningen voor internetgokken in Nederland. De Kamerleden zien, anticiperend op de wet kansspelen op afstand, graag een inschatting van de te verwachten marktomvang voor online gokken in Nederland. Ook vragen zij of online gokaanbieders bereid zijn om hiervoor informatie te verschaffen, dan wel of de FIOD-ECD hierbij kan helpen en welke inkomsten aan kansspelbelasting hierbij verwacht worden.
Aanleiding van de vragen is het jaarverslag van de Kansspelautoriteit (Ksa), de toezichthouder op de Nederlandse gokmarkt, dat op 2 april 2015 werd gepresenteerd. Met meer dan 200 geïnteresseerde bedrijven spreekt de toezichthouder van “een hoog aantal, gelet op de geschatte omvang van de illegale online markt. Naar schatting genereren Nederlanders tussen 250 miljoen tot 800 miljoen euro aan omzet in de nu nog illegale markt voor kansspelen online”. Niet zeker is dat alle bedrijven die interesse tonen ook daadwerkelijk een licentie zullen aanvragen.
Angst voor reputatieschade bij schending privacy
Verder werden er vragen gesteld door (wederom) Van Wijngaarden (VVD) en Oosenbrug (PvdA) aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de oproep van het College bescherming persoonsgegevens (CBP) om een publicatieplicht met betrekking tot haar onderzoeken in de wet te verankeren. De Kamerleden vragen onder meer naar de beleidsregels van het CBP voor een goed gewaarborgd publicatiebeleid en of er andere toezichthouders zijn die een wettelijke plicht tot publiceren kennen.
Voorzitter van het CBP, Jacob Kohnstamm, pleit na de overhandiging van het jaarverslag van het CBP aan de Tweede Kamer voor een wettelijke plicht om onderzoeken van het CBP te publiceren. De transparantie moet burgers helpen zich bewuster te maken van het feit dat er door bedrijven en overheden veel data over hen wordt verzameld. Bedrijven zijn echter bang voor reputatieschade door het publiceren van de onderzoeken, waardoor zij veelvuldig procedures aanspannen om publicatie te voorkomen. Dit zorgt voor een grote druk op de juridische afdeling van het CBP.
Zodra de antwoorden van de Staatssecretarissen op deze vragen binnen zijn, verschijnen ze in deze rubriek. Stay tuned!
Met dank aan Nina Lodder