Zo blijkt uit de kabinetsreactie op het eerder dit jaar verschenen rapport “Big Data in een vrije en veilige samenleving” van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (“WRR”). In mei 2014 diende de regering een adviesaanvraag over het thema ‘Big Data, privacy en veiligheid’ bij het WRR in. Volgens het WRR ligt het zwaartepunt in de huidige regelgeving te zeer bij het reguleren van het verzamelen en delen van data. De WRR adviseert daarom ook de regulering aan te vullen met toezicht op fases van analyses en het gebruik van Big Data.
In het rapport wordt ingegaan op Big Data-analyses door het ‘veiligheidsdomein’ (zijnde politie, justitie, inlichtingen- en veiligheidsdiensten en organisaties en samenwerkingsverbanden omtrent fraudebestrijding.) In deze sector liggen veel mogelijkheden. Echter vragen deze mogelijkheden om corresponderende waarborgen voor de vrijheidsrechten van burgers. Enkele Big Data-mogelijkheden die het rapport noemt zijn het reconstrueren van aanslagen, het in kaart brengen van terroristische netwerken, het realtime volgen van ontwikkelingen in crisissituaties en crowd control bij evenementen. Ook benoemt het rapport de vervaging van de grens tussen data uit publieke en private bronnen, zoals collega Micha Schimmel al beschreef in een blog .
Het kabinet spreekt het voornemen uit te onderzoeken of de wettelijke basis omtrent data-analyses versteviging nodig heeft. Zij onderzoekt tevens welke waarborgen daarbij gehanteerd moeten worden, waarbij het vergroten van transparantie het aandachtspunt is. Met ‘transparantie’ bedoelt het kabinet; inzicht in informatie aan burgers over aangewende bestanden, toelaatbare foutmarges, gehanteerde logica en doeleinden van de analyses. Het doel hiervan is het waarborgen van deugdelijke besluitvorming waar Big Data aan ten grondslag ligt.
Op dit moment is er een verbod voor besluitvorming zonder menselijke tussenkomst, waarbij geldt dat dit niet is toegestaan indien er een aanmerkelijke impact is voor burgers (artikel 42 Wbp). De situatie waarin een computerprogramma persoonsgegevens analyseert en op basis daarvan een verzoek van een betrokkene afwijst, is hierdoor bijvoorbeeld niet toegestaan.
Het kabinet gaat onderzoeken of situaties waarbij de menselijke goedkeuring van Big Data-analyses buiten dit verbod valt. Eveneens gaat onderzocht worden hoe voldoende inzicht in analysemethoden gegeven kan worden zodat rechters betere afwegingen kunnen maken bij geschillen.
“Analyse en gebruik vormen het hart van Big Data-processen en dat mag niet oncontroleerbaar verlopen: er moet onafhankelijk toezicht zijn op algoritmen en profielen – en dat vereist bevoegdheden, middelen en expertise voor toezichthouders.” Concludeert de WRR.
De Minister van Veiligheid en Justitie noemde in zijn toespraak bij ontvangst van het rapport een aanstaande mogelijkheid om de strafmaat van daders in de Amerikaanse staat Pennsylvania te baseren op te verwachten vergrijpen in de toekomst. Hoewel hij dit afdeed als dystopische praktijken, liet hij wel duidelijk merken dat Big Data de toekomst is en wij niet moeten kijken naar de nadelen maar ons juist moeten focussen op de voordelen. De toekomst zal ons leren wat voor impact de toepassingen van Big Data op onze samenleving hebben.
Met dank aan Sjors Peeters