De Stichting Reclame Code (hierna: “SRC”) heeft vooruitlopend op de implementatie door de Nederlandse wetgever, de nieuwe regels uit de Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken (2005/29/EG) opgenomen in de Nederlandse Reclame Code (hierna: “NRC”). Zij zal deze per 1 februari toepassen op alle reclame-uitingen die sinds 12 december 2007 – de implementatiedatum van de richtlijn – verschenen zijn. De nieuwe regels uit de Richtlijn zullen behalve op business-to-consumer (B2C) reclame, waartoe de Richtlijn beperkt is, ook van toepassing zijn op business-to-business (B2B) reclame.
Op het eerste gezicht lijkt de SRC goed werk te hebben geleverd met het omzetten van de Richtlijnbepalingen, hoewel meteen al een aantal nuance verschillen opvallen.
Onder de Richtlijn mag de adverteerder geen essentiële informatie weglaten welke de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen indien deze consument een besluit over een overeenkomst neemt of kan nemen, dat hij anders niet had genomen. So far so good, artikel 8.3 van de nieuwe NRC bepaalt hetzelfde, zij het in een ietwat andere opzet.
De Richtlijn benoemt vervolgens bepaalde informatie als essentieel in het geval er sprake is van een uitnodiging tot aankoop. Zoals het geografische adres en de identiteit van de adverteerder, informatie die voornamelijk van belang is bij de koop op afstand. De nieuwe code gaat iets verder door te bepalen dat in het geval van een uitnodiging tot aankoop de opgesomde essentiële informatie verstrekt moet worden. Onder dit laatste regime hoeft dus niet meer getoetst te worden aan het criterium of de consument door de weglating van informatie een ander transactiebesluit neemt of kan nemen. Of dit verschil in de praktijk veel zal uitmaken moet bezien worden, maar er zijn wel situaties denkbaar waarin deze keuze van de SRC een ander gevolg kan hebben dan wanneer de bewoordingen van de Richtlijn en de wetgever waren gevolgd.
Ook interessant is het feit dat de nieuwe misleidingsbepaling ook gaat gelden voor B2B-reclame, waar deze vorm van handelspraktijken niet onder de Richtlijn valt. Wettelijk wordt dit soort reclame dan ook nog geregeld door het huidige artikel 6:194 BW.
Ik heb het idee dat de Reclame Code Commissie niet verwacht een drastisch andere weg in te moeten slaan op grond van de nieuwe regels. Ikzelf zie echter wel een aantal potentiële openingen voor aanpassing van sommige door de RCC gehanteerde regels, in eerste instantie echter voornamelijk ten gunste van de adverteerders.
Lees hier het hele bericht.
Klik hier voor de nieuwe Reclame Code.