Gisteren was ik als gast aanwezig bij een zgn. Thinking Dinner, georganiseerd door het ministerie van Economische Zaken. Met een select gezelschap werd van gedachten gewisseld over de gevolgen van de huidige internetsamenleving. Concreet werd gesproken over de toegang tot diensten (Triple Play e.d.) en de gevaren van het internet voor onder andere kinderen.
Het laatste onderwerp had met name de belangstelling van de staatssecretaris, Karien van Gennip. Zij vroeg het gezelschap hoe het veiliger kon worden op het internet en welke rol de overheid daarbij zou moeten spelen. Vanuit de zaal werd kritisch gereageerd op de benadering van het internet als een onveilige wereld. Daardoor worden ouderen afgestoten van het net, zo zei men. De overheid zou zich juist meer moeten concentreren op de positieve aspecten van het internet.
Klaske de Jonge, directeur van de Consumentenbond, gaf in een interessante bijdrage aan dat haar organisatie twee belangrijke thema’s heeft m.b.t. het internet: digitale veiligheid en auteursrechten. Zij pleitte voor een digitaal rijbewijs voor jongeren en stelde dat het bedrijfsleven een rol heeft bij het veiliger maken van het internet. Moeten ISPs niet verplicht worden gesteld anti-virus software te bundelen aan hun pakket internetdiensten? Het thema auteursrechten was met name van belang in het kader van de discussie rond DRM. De Consumentenbond waakt ervoor dat eindgebruikers geconfronteerd worden met een digitale lock-in. De Jonge pleitte voor een “hard” gebruiksrecht voor consumenten.
Ook heel interessant was de bijdrage van Michiel Buitelaar, directeur consumentenmarkt bij KPN. Buitelaar gaf aan dat KPN binnenkort geen telefoniebedrijf meer is, maar een internetbedrijf dat een diversiteit van diensten aan zal bieden. In de strijd om de consument zal volgens hem beslissend zijn dat je een sterk merk hebt en vertrouwen geniet van de eindgebruiker. Daarvoor is goede service van cruciaal belang. Geen ingewikkelde voorwaarden en makkelijk overstappen naar andere providers, was zijn devies. Hij voorspelde grote chaos in de ontwikkeling van de Triple Play markt.
Buitelaar voorzag een toekomst waarbij iedere gebruiker een eigen EPG heeft, zijn eigen gids met voorkeurzenders. Hij had het over een “Libelle-EPG” en een “Telegraaf-EPG”. Navigatie zal een grote rol spelen bij de toegang tot deze diensten. “Google is onze concurrent,” zei Buitelaar. Hij betuigde zich aanhanger van de Long Tail-gedachte: door een cumulatie van niche-aanbieders zal het totale niche-aanbod uiteindelijk groter zijn dan het massa-aanbod. Buitelaar zei ook dat het aanbod van content “hysterisch on demand” zal worden.
Buitelaar wierp meerdere juridische vragen op. Wie is straks aansprakelijk voor het totale dienstenaanbod? Hij maakte een onderscheid tussen verschillende partijen die betrtokken zijn bij de dienstverlening: contentaanbieder, middleware producent, transporteur etc. Hij vond dat KPN ook in het Triple Play tijdperk geen boodschap aan de boodschap moet hebben. Buitelaar zei verder dat hij niet bang was voor een digitale lock-in door DRM. Er zullen voldoende niet-traditionele bronnen blijven bestaan. Niet alle content zal achter de decoder verdwijnen.
Discussieleider en directeur-generaal van EZ, M. Frequin, gaf na afloop aan nog steeds in verwarring te zijn, maar op een hoger niveau. Volgens hem weet het ministerie nog niet welke problemen om een oplossing vragen. Hij waarschuwde wel voor teveel oplossingen: de meeste problemen worden volgens hem veroorzaakt door oplossingen.
De discussie wordt dus nog vervolgd.