Of het gedrag van de personen die protesteerden tegen de AZC in Geldermalsen door testosteron is veroorzaakt weet ik niet, maar bommen waren het. De politie is naar hen op zoek. Mogelijk wijs geworden door de zaak Eindhovense kopschoppers, waar er een ware hetze volgde nadat daders (juridisch-technisch: verdachten) van de mishandeling herkenbaar op beelden online waren verschenen, zijn de beelden in eerste instantie tot op zeker hoogte onherkenbaar op internet geplaatst. Frank de Valk (politie Oost-Nederland) legt uit dat de foto’s direct offline worden gehaald als mensen zich melden:
“Dat voorkomt ellende in hun omgeving. De mensen op de foto’s zullen zichzelf wel herkennen, bijvoorbeeld aan de kleding of de manier waarop je staat.”
Het idee is dat mensen de kans krijgen zich te melden, en pas als ze dat niet doen de beelden herkenbaar verschijnen (zie onderaan deze blog de precieze stappen die hier genomen worden).
Verdachten krijgen soms, zoals in de Eindhovense zaak, minder straf vanwege de ‘trial by media’. Betoogd kan worden dat zonder de beelden ze misschien in het geheel hun straf waren ontlopen. Daarbij is vanuit het perspectief van vergelding (een van de redenen om straffen op te leggen) al een voorschot genomen door de publieke schandpaal. Er zijn ook zaken geweest waar beelden op internet juist strafverzwarend werkten, omdat niet het perspectief van stigmatisering van de dader de doorslag gaf, maar de impact op de slachtoffers (“Het filmpje heeft zozeer uitgebreide media-aandacht gekregen dat de slachtoffers keer op keer werden en worden geconfronteerd met dit voor hen belastende feit.”). Dit geldt natuurlijk ook voor politiebeelden, maar verschil met de hier aangehaalde Happy Slapping zaak is dat de beelden door de daders op internet waren geplaatst .
Bij RTL een vandaag noemde collega Menno Weij deze mogelijk lagere straf alsmede dat de aanpak van de politie goed was, maar de uitvoering niet. Direct verschenen er op internet namen van verschillende verdachten. Ik weet niet zeker of de beelden elders op internet herkenbaar stonden of de personen toch herkenbaar waren. Dat laatste is een lastig punt. Stel dat ik er tussen had gestaan in mijn felgroene jas (zie blog over Cyber awareness) dan zou onder andere iedereen van SOLV mij herkennen. Dat is niet per se erg, had ik maar niet moeten staan schuimbekken in Geldermalsen. Het wordt wel vervelend als ik het toch niet blijk te zijn geweest en wel allerhande nadelige gevolgen ondervind. Dit is een ouder probleem, bekend van klopjachten op onschuldigen. Het is iets wat de politie ook kan overkomen, de verkeerde in het vizier hebben. Politie beschikt echter over professionaliteit die bij de massa, zeker in een emotionele bui, doorgaans in het geheel afwezig is. Sinds Opsporing verzocht op de TV verscheen is er discussie over dergelijke gevaren van het inzetten van de gewone burger als opsporingsambtenaar. Er is wel een groot verschil tussen begin jaren tachtig en heden: het internet. Er is heel veel informatie beschikbaar. De kans om iemand te traceren is toegenomen, de kans per ongeluk de verkeerde verdachte te identificeren eveneens.
Al met al, burgers kunnen nuttig opsporingswerk verrichten, maar de voorzichtigheid die geboden is bij dergelijk speurwerk lijkt niet op voorhand aanwezig. De tijd zal leren of het aantal false positives klein genoeg blijft om deze methode om verdachten op te sporen te rechtvaardigen.
Voor de volledigheid hieronder wat politie.nl over de aanpak van deze zaak schrijft:
Zorgvuldig onderzoek
Het bekijken en selecteren van dit beeldmateriaal vergt enorm veel tijd en dient zorgvuldig te gebeuren. Inmiddels is het kaf van het koren gescheiden en zullen volgende week woensdag de eerste foto’s van verdachte personen worden getoond. De foto’s die woensdag a.s. te zien zijn, zijn inmiddels intern bij de politie getoond, maar hebben geen bruikbare informatie opgeleverd.
Beeldmateriaal op politie.nl
Op vrijdag 22 januari a.s. zullen deze foto’s in eerste instantie geblurd (met deels onherkenbaar gemaakte gezichten) op politie.nl worden getoond. Mochten er personen zijn die zich in deze beelden herkennen, dan worden zij in de gelegenheid gesteld zich te melden. Mocht dit niet het gewenste resultaat opleveren, dan worden op woensdag 27 januari deze foto’s ongeblurd (en dus met zichtbare gezichten) bij Bureau GLD, de regionale zender van Gelderland, getoond. Mocht ook dit niets opleveren, dan zullen de beelden op 2 februari a.s. landelijk worden getoond in het veel bekeken programma Opsporing Verzocht.
